Althea Gibson, (geboren 25 augustus 1927, Silver, South Carolina, V.S.-gestorven 28 september 2003, East Orange, New Jersey), Amerikaanse tennisspeelster die de vrouwencompetitie domineerde aan het eind van de jaren 1950. Zij was de eerste zwarte speelster die de Franse (1956), Wimbledon (1957-58), en U.S. Open (1957-58) kampioenschappen in het enkelspel won.
Gibson groeide op in New York City, waar ze al op jonge leeftijd begon met tennissen onder auspiciën van de New York Police Athletic League. In 1942 won ze haar eerste toernooi, dat gesponsord werd door de American Tennis Association (ATA), een organisatie opgericht door Afro-Amerikaanse spelers. In 1947 veroverde zij het ATA’s kampioenschap dames enkelspel, dat zij 10 jaar achtereen zou houden. Terwijl ze naar de Florida Agricultural and Mechanical University ging (B.S., 1953) in Tallahassee, bleef ze in het hele land aan toernooien deelnemen en in 1950 werd ze de eerste zwarte tennisspeelster die deelnam aan het nationale grasbaan kampioenschap in Forest Hills in Queens, New York. Het jaar daarop nam ze deel aan het Wimbledon toernooi, wederom als eerste zwarte speelster ooit uitgenodigd. De lange en magere Gibson werd al snel bekend om haar dominante serves en krachtige spel.
Tot 1956 had Gibson slechts redelijk succes in wedstrijdtennis, maar dat jaar won ze een aantal toernooien in Azië en Europa, waaronder de Franse en Italiaanse titels in het enkelspel en de titel in het vrouwendubbelspel op Wimbledon. In 1957-58 won zij de Wimbledon titels in het enkelspel en het dubbelspel en veroverde de Amerikaanse kampioenschappen in het enkelspel op Forest Hills. Zij won ook het U.S. gemengd dubbelspel en het Australische vrouwendubbelspel in 1957. Dat jaar werd Gibson door de Associated Press uitgeroepen tot Vrouwelijke Sporter van het Jaar en werd daarmee de eerste Afro-Amerikaanse die deze eer te beurt viel; ook het jaar daarop won zij deze prijs. Nadat ze zich had opgewerkt tot de top van het wereldamateurnnis, werd ze professioneel na haar overwinning in Forest Hills in 1958. Omdat er in die tijd echter weinig toernooien en prijzen voor vrouwen waren, ging ze in 1964 professioneel golfen en werd ze het eerste Afro-Amerikaanse lid van de Ladies Professional Golf Association. Van 1973 tot 1992 was Gibson actief in sportadministratie, voornamelijk voor de staat New Jersey. Haar autobiografie, I Always Wanted to Be Somebody, verscheen in 1958. In 1971 werd ze gekozen in de International Tennis Hall of Fame.