De Barnburners waren de radicale factie. De term barnburner werd afgeleid van het idee van iemand die zijn eigen schuur in brand zou steken om van een rattenplaag af te komen. In dit geval werd de term toegepast op mannen die bereid werden geacht alle banken en bedrijven te vernietigen, om hun misstanden uit te roeien.
De Barnburners waren tegen uitbreiding van de staatsschuld, en waren tegen de macht van grote staatsbedrijven. Ze waren ook tegen de uitbreiding van de slavernij. Zij stonden ook voor lokale controle door de regenten van Albany, tegenover de politieke machine van Polk die de nieuwe regering in New York trachtte op te bouwen. Tot de prominente Barnburners behoorden Martin Van Buren, Silas Wright en John A. Dix.
Bij de presidentsverkiezingen van 1848 verlieten de Barnburners de Democratische Partij en weigerden zij presidentskandidaat Lewis Cass te steunen. Zij sloten zich aan bij andere anti-slavernij groeperingen, voornamelijk de abolitionistische Liberty Party en enkele anti-slavernij Conscience Whigs uit New England en het Midwesten, en vormden de Free Soil Party. Deze groep nomineerde oud-president Van Buren om zich opnieuw kandidaat te stellen voor het presidentschap. Hun stem verdeelde de Democratische krachten.
Nadat het Compromis van 1850 de slavernijkwestie tijdelijk had geneutraliseerd en het compromisloze standpunt van de partij had ondermijnd, keerden de meeste Barnburners die zich bij de Free Soil Party hadden aangesloten, terug naar de Democraten. In 1854 hielpen enkele Barnburners bij de oprichting van de Republikeinse Partij.