Chronic obstructive pulmonary disease (COPD) wordt gelijkgesteld met chronische bronchitis en emfyseem als één ziekte-entiteit. Bij COPD is de beperking van de luchtstroom relatief persistent – in tegenstelling tot astma. Tests op “aandoeningen van de kleine luchtwegen” maken geen deel uit van de routinepraktijk, omdat hun nauwkeurigheid bij het opsporen van pathologische veranderingen betwistbaar is. De proteolytische theorie van de pathogenese van emfyseem benadrukt de rol van neutrofiele elastase, antielastasen, oxidanten, antioxidanten, en dus van potentiële nieuwe behandelingen. Klinische kenmerken van COPD zijn ademnood, hoest en sputum, met luchtstroomobstructie en longhyperinflatie. De differentiële diagnose omvat bronchiëctasieën, cystische fibrose en pulmonale hypertensie, maar pulmonale fibrose enz. wordt onderscheiden door radiologische infiltraten. Röntgenfoto’s van de borstkas kunnen emfyseem bij leven niet betrouwbaar diagnosticeren, maar een nieuwe methode die de dichtheid van de longen meet aan de hand van de computertomografische scan (CT) maakt het mogelijk emfyseem (gedefinieerd door vergroting van de distale luchtruimten) bij mensen bij leven te lokaliseren, te kwantificeren en te diagnosticeren. “Roze puffers” met ademnood, hyperinflatie, milde hypoxemie en een lage PCO2 worden gecontrasteerd met “blauwe bloaters” met hypoxemie, secundaire polycythemie, CO2-retentie, pulmonale hypertensie en cor pulmonale. Antirookmaatregelen zijn een belangrijk doel bij de behandeling. Een bronchusverwijdend schema met een combinatie van orale theofylline met langzame afgifte, een geïnhaleerde bèta 2-agonist, ipratropium en hoge doses geïnhaleerde steroïden wordt voorgesteld omdat zelfs een bescheiden verbetering van de obstructie deze patiënten kan helpen. Bij acute exacerbaties met purulent sputum worden antimicrobiële middelen tegen Streptococcus pneumoniae en Hemophilus influenzae gebruikt met gecontroleerde zuurstoftherapie die erop gericht is de arteriële PO2 boven 50 mm Hg te houden zonder dat de pH onder 7,25 daalt. Influenza-profylaxe wordt aanbevolen, maar pneumokokkenvaccinatie blijft discutabel. Chronische ondervoeding bij “emfyseem” impliceert gecontroleerde proeven met voedingsschema’s – maar deze moeten nog worden geëvalueerd. Langdurige zuurstoftherapie is de enige behandeling waarvan bekend is dat ze het leven verlengt bij “blue bloaters”, en zuurstofconcentrators en transtracheale zuurstoftoediening worden besproken. Van longvasodilatoren (b.v. bèta 2-agonisten, hydralazine, nifedipine, angiotensine-converterende enzymremmers, enz.) is nog niet bewezen dat zij de pulmonale arteriële druk op lange termijn verlagen. Blue bloaters hebben ernstige nachtelijke hypoxemie tijdens de REM-slaap (Rapid Eye Movement), die wordt gecorrigeerd met zuurstof of met het onderzoeksgeneesmiddel almitrine. (ABSTRACT VERTROUWELIJKT OP 400 WOORDEN)