De mensen en de economie
De bevolking van Detroit groeide dramatisch tussen 1850 en 1950. De industriële groei van de stad was een magneet voor migranten, aanvankelijk vooral Europese immigranten en later Afro-Amerikanen uit het Zuiden. Sinds het midden van de jaren vijftig is de bevolking echter gestaag afgenomen, deels omdat een groot deel van de blanke gemeenschap naar de buitenwijken verhuisde en ook door het verlies van industrie. Aan het begin van de 21e eeuw bestond ongeveer vier vijfde van de bevolking uit Afro-Amerikanen.
Detroit heeft een gediversifieerde productie- en scheepvaartbasis, maar de economie van de stad blijft ongewoon gevoelig voor het wel en wee van de auto-industrie. Als gevolg daarvan zijn economische hoog- en laagconjunctuur in Detroit sterker voelbaar geweest dan in de meeste delen van het land. Naast auto’s en auto-onderdelen produceren de fabrieken van de stad machines (waaronder industriële robots), staal en chemicaliën. De dienstensector is steeds belangrijker geworden.
Wegen domineren het transportsysteem van Detroit en omvatten een uitgebreid netwerk van snelwegen. De Detroit People Mover, een light-rail systeem dat het centrale zakendistrict bedient, werd voltooid in 1987. Het was oorspronkelijk bedoeld als onderdeel van een regionaal vervoersysteem. De benodigde financiering kwam er echter nooit; weinigen waren bereid campagne te voeren voor een doorgaand spoor in een stad die zo sterk aan de auto gebonden was, en de People Mover werd niet veel meer dan een curiositeit voor toeristen. De stad is met Windsor verbonden door een brug en een tunnel. De Detroit River wordt intensief gebruikt door de scheepvaart op de Great Lakes, en de havenfaciliteiten in de regio verwerken grote hoeveelheden grondstoffen. Detroit Metropolitan Wayne County Airport ligt ongeveer 27 km ten zuidwesten van het centrum.