De met de Nobelprijs bekroonde moleculair bioloog James Watson heeft zijn eretitels die hem waren toegekend door Cold Spring Harbor Laboratory (CSHL), een op Long Island gevestigde non-profit onderzoeksinstelling die lang met de wetenschapper verbonden is, verloren. Het besluit volgt op de laatste episode in Watson’s decennialange patroon van racistische opmerkingen.
Watsons prestaties, waaronder zijn rol bij de ontdekking van de dubbele helixstructuur van het DNA, zijn lange tijd overschaduwd door zijn “ongefundeerde en roekeloze persoonlijke meningen,” zoals een verklaring van CSHL beschrijft. In 2007 zei hij tegen Charlotte Hunt-Grubbe, een voormalige protégé, dat hij “inherent somber was over het vooruitzicht dat al ons sociaal beleid in Afrika gebaseerd is op het feit dat hun intelligentie hetzelfde is als de onze, terwijl alle testen uitwijzen dat dat niet zo is”. Watson verontschuldigde zich later voor deze opmerkingen. In een recent interview dat te zien is in de nieuwe PBS documentaire “American Masters: Decoding Watson,” werd Watson echter gevraagd of hij anders was gaan denken over de relatie tussen ras en intelligentie. De nu 90-jarige antwoordde: “Nee, helemaal niet,” voordat hij toevoegde dat hij vermeende variaties in “het gemiddelde tussen zwarten en blanken op IQ-tests” toeschreef aan genetica.
Zoals Amy Harmon rapporteert voor The New York Times, had het laboratorium Watson, toen nog rector, eerder gedwongen met pensioen te gaan na zijn opmerkingen in 2007, maar bleef hem titels toekennen als chancellor emeritus, Oliver R. Grace professor emeritus en honorary trustee.
Nu heeft CSHL alle banden met de geneticus verbroken en een verklaring uitgegeven waarin Watson’s opmerkingen “verwerpelijk, niet ondersteund door de wetenschap, en op geen enkele manier de standpunten van CSHL, haar trustees, faculteit, personeel, of studenten.”Het Laboratorium veroordeelt het misbruik van wetenschap om vooroordelen te rechtvaardigen.”
Watson is een van de vier wetenschappers die de moleculaire structuur van DNA hebben ontdekt. Volgens het Science History Institute gebruikte chemicus Rosalind Franklin in het begin van de jaren vijftig röntgenkristallografie, een benadering die voor het eerst was voorgesteld door Maurice Wilkins, om hogeresolutiebeelden van DNA-strengen te maken. Watson en mede-onderzoeker Francis Crick maakten later gebruik van deze gegevens – verkregen zonder Franklins toestemming – om hun eigen theorieën over de vorm van de dubbele helix van het DNA te bevestigen.
In 1953 publiceerden Watson en Crick hun bevindingen in het tijdschrift Nature; ondanks het feit dat zowel Franklin als Wilkins verwante artikelen in datzelfde nummer publiceerden, genoten geen van beide van de kritische bijval die de andere twee onderzoekers ten deel was gevallen. Wilkins werd in 1962 enigszins in het gelijk gesteld toen hij samen met Watson en Crick de Nobelprijs voor Fysiologie of Geneeskunde kreeg, maar Franklin, die in 1958 op 37-jarige leeftijd aan kanker overleed, kreeg een dergelijke erkenning niet.
Op de litanie van aanstootgevende opmerkingen van de DNA-pionier ingaand, merkt Josh Gabbatiss van de Independent op dat Watson ooit zei dat er een verband was tussen huidskleur en libido, waarbij hij beweerde: “That’s why you have Latin lovers. Je hebt nog nooit gehoord van een Engelse minnaar.”
Opnieuw inspelend op bevooroordeelde stereotypen, verklaarde de wetenschapper ook dat vrouwelijke wetenschappers, hoewel ze het werk “leuker maken voor de mannen”, “waarschijnlijk minder effectief” zijn. Zelfs Franklin was niet immuun voor zijn bijtende tirades. Zoals Julia Belluz schrijft voor Vox, beschrijft Watson’s boek uit 1968, The Double Helix, Franklin als “niet onaantrekkelijk”, maar niet in staat om “zelfs maar een milde interesse te tonen in kleding” en het accentueren van haar “vrouwelijke kwaliteiten.”
In een bijzonder opruiende tirade zei Watson in 1997: “Als je het gen zou kunnen vinden dat de seksualiteit bepaalt en een vrouw besluit dat ze geen homoseksueel kind wil, nou, laat haar dan.” Daaraan voegde hij toe: “We accepteren al dat de meeste paren geen kind willen. Je moet wel gek zijn om te zeggen dat je er een wilt, want dat kind heeft geen toekomst.”
De beweringen van Watson zijn niet gebaseerd op daadwerkelijk wetenschappelijk onderzoek. Om terug te komen op Watson’s laatste opmerkingen over ras: Francis Collins, directeur van het National Institutes of Health, vertelt Harmon van The New York Times dat de meeste intelligentie-experts verschillen in IQ-tests vooral toeschrijven aan “omgevings-, niet genetische, verschillen.”
Collins sluit zich aan bij de gevoelens die in de verklaring van CSHL worden gedeeld, en concludeert: “Het is teleurstellend dat iemand die zulke baanbrekende bijdragen aan de wetenschap heeft geleverd, zulke wetenschappelijk ongefundeerde en kwetsende overtuigingen blijft verkondigen.”