Ik weet natuurlijk niet of dat de bron van het leed van deze vrouw was, maar het sprak me aan, en ik heb er in de loop der jaren veel over nagedacht. Ik dacht er onlangs weer aan toen ik las over een poging in Nederland om euthanasie te legaliseren voor mensen die veel op haar lijken (of de versie van haar die ik in mijn hoofd heb bedacht): mensen boven de 70 die “moe zijn van het leven”. Dat is de bedoeling van het initiatief “Voltooid leven” en blijkbaar is het in Nederland niet zo’n vreemd idee als in de VS. De groep die het initiatief heeft gesponsord, Out of Free Will, bestaat uit gerespecteerde professoren, voormalige predikanten, advocaten en andere professionals. (Mijn collega Psych Today blogger Ira Rosofsky noemde deze beweging in een blog post een paar jaar geleden). Om hun voorstel in maart 2012 in het parlement behandeld te krijgen, moest de groep 40.000 handtekeningen verzamelen ter ondersteuning van het idee; ze zeiden dat ze er 112.500 hadden verzameld. Volgens een verslag van Associated Press zei de woordvoerster van de organisatie, Marie-Jose Grotenhuis, dat de groep “overweldigd” was door de respons, “vooral omdat de mensen het zo serieus namen en de reacties overwegend positief waren”. Het AP-rapport ging verder:
De groep stelt voor niet-artsen op te leiden om een dodelijk drankje toe te dienen aan mensen ouder dan 70 jaar die “hun leven als voltooid beschouwen” en willen sterven. De assistenten zouden gecertificeerd moeten zijn en ervoor moeten zorgen dat de patiënten niet handelen in een opwelling of als gevolg van een tijdelijke depressie, maar vanuit een oprecht en blijvend verlangen om te sterven…. …
. . . Veel religieuze groeperingen zijn principieel tegen elke vorm van zelfmoord. De Koninklijke Nederlandse Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst – die een sleutelrol speelde bij de ondersteuning van de euthanasiewet – zegt tegen het idee van hulp bij zelfdoding te zijn, deels omdat het de positie van artsen in het huidige euthanasiebeleid zou ondermijnen.
Religieuze groepen en medische genootschappen mogen dan tegen het idee zijn, maar een verrassend aantal gewone burgers lijkt het te steunen. In december 2013 meldden artsen van het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam in het Journal of Medical Ethics dat toen zij 1.960 Nederlandse volwassenen ondervraagden – gemiddelde leeftijd 53 jaar, iets hoger dan het gemiddelde voor de algemene bevolking, dat 48 is – en vroegen of zij het ermee eens waren dat “euthanasie zou moeten worden toegestaan voor personen die moe zijn van het leven zonder een ernstige ziekte te hebben,” 21 procent ja zei. (Dit was een groep met een duidelijke neiging om euthanasie te steunen: 57 procent zei dat “iedereen het recht op euthanasie zou moeten hebben,” en 53 procent zei dat “ieder mens het recht heeft zijn eigen leven en dood te bepalen.”)
Als je erover nadenkt, is dit allemaal behoorlijk revolutionair: een significante minderheid van mensen in een klein land in West-Europa vindt dat oude mensen die gezond zijn, zouden moeten kunnen sterven, en daarbij geholpen zouden moeten worden, als zij kiezen voor de dood als alternatief voor het onder ogen zien van de onvermijdelijke catastrofes van het ouder worden. Ik zou ook “ja” hebben geantwoord – alhoewel, om eerlijk te zijn, 70 jaar lijkt me vrij jong voor gesprekken als deze – en ik vraag me af waarom. Ik denk dat het komt omdat, hoe hard we er ook tegen vechten, hoe rooskleurig we de ouderdom ook proberen te zien als de “tweede akte” van het leven, gevuld met zachtheid en zelfontdekking en waar het in godsnaam allemaal om draait na de menopauze, de waarheid is dat de dood aan het eind komt, wat er ook gebeurt. Er zijn mensen die het onvermijdelijke liever op hun eigen voorwaarden en volgens hun eigen schema onder ogen zien dan te blijven zitten wachten hoe het allemaal afloopt – vooral omdat, ook al kennen ze de details van hoe ze daar zullen komen niet, iedereen daar uiteindelijk toch komt.
De wetgeving voor begeleid sterven in drie staten van de VS vereist momenteel dat iemand die de hulp van een arts inroept om te sterven aan een terminale ziekte moet lijden, bevestigd door twee afzonderlijke artsen, met een prognose van minder dan zes maanden en zonder aanwijzingen van psychische aandoeningen. Een handvol Europese landen, waaronder Nederland, hanteert een minder restrictieve opvatting en staat hulp bij sterven toe aan iedereen die lijdt aan “uitzichtloos en ondraaglijk lijden” – niet noodzakelijk een terminale ziekte, maar wel een definieerbare en ernstige ziekte. Deze nieuwe wet zou een stap verder gaan en alleen vereisen dat een oudere persoon verklaart dat hij of zij er genoeg van heeft – en de hulp om het te beëindigen zou niet van een arts komen, maar van een speciaal opgeleide leek.
Zoals een lid van Out of Free Will, de 63-jarige rechtsgeleerde Eugene Sutorius, het uitdrukte: “Ik wil niet langer leven dan ikzelf.” Ik vraag me af of die vrouw in de Delaware vismarkt dacht dat ze dat al had gedaan.