Inleiding: De geneeskunde werd in het oude Egypte beoefend sinds de vroegste, prehistorische dagen, vele millennia vóór Christus, en was in latere perioden behoorlijk ontwikkeld. Dit blijkt uit de vondsten van skeletten, chirurgische instrumenten die in graftombes zijn gevonden, wandafdrukken, de reliëfs en inscripties, en bovenal uit het spaarzame geschreven materiaal dat bekend staat als medische papyri. Er waren echter niet veel artsen uit die tijd van wie de namen zijn opgetekend. De eerste geneesheer in het oude Egypte die bij naam bekend was, was Imhotep. WIE WAS IMHOTEP? Imhotep leefde en werkte in de tijd van de 3e dynastie van het Oude Rijk en diende onder de farao Djoser (regeerde 2667-2648 v. Chr.) als zijn vizier of opperminister, hogepriester, hoofdbouwmeester en timmerman. Hij was duidelijk een Egyptische polymaat, een geleerd man en schriftgeleerde en werd gecrediteerd met vele uitvindingen.
Bouwer: Als een van de hoogste functionarissen van de farao Djoser wordt Imhotep gecrediteerd voor het ontwerpen en bouwen van de beroemde Trappenpiramide van Djoser in Saqqarah, nabij de oude Egyptische hoofdstad Memphis. Imhotep is ook de uitvinder van de methode van het bouwen met stenen en het gebruik van zuilen in de architectuur en wordt beschouwd als de eerste architect in de geschiedenis die bij naam bekend is.
De arts: Aangenomen wordt dat Imhotel, als hogepriester, in zijn tijd ook de belangrijkste arts van de natie was. Als bouwer van de trappenpiramide moest hij als arts ook de medische zorg op zich nemen van duizenden arbeiders die bij dat grote project betrokken waren. Aan hem wordt ook toegeschreven dat hij de grondlegger is van de Egyptische geneeskunde en dat hij de auteur is van het zogenaamde Smith papirus, dat een verzameling van 48 klinische verslagen bevat met gedetailleerde nauwkeurige gegevens over de kenmerken en de behandeling van diverse verwondingen. Als zodanig komt hij naar voren als de eerste geneesheer van het oude Egypte die bij naam bekend is en, tegelijkertijd, als de eerste geneesheer die bij naam bekend is in de geschreven geschiedenis van de wereld. GOD: Omdat Imhotep door het Egyptische volk werd beschouwd als de “uitvinder van de genezing”, werd hij spoedig na zijn dood vereerd als halfgod, en 2000 jaar later werd hij verheven tot god van de geneeskunde en de genezing. Zijn cultus bereikte zijn hoogtepunt in de Grieks-Romeinse tijd toen hij werd vereenzelvigd met de Griekse god van de geneeskunde Asclepius.
Conclusie: Imhotep was een echte historische persoon uit de periode van de 3e dynastie van het Oude Rijk (2686-2637 v.Chr.) en hij diende onder de farao Djoser als diens vizier en hogepriester. Het is duidelijk dat hij een zeer bekwaam en veelzijdig man was, van wie wordt aangenomen dat hij de ontwerper en bouwer was van de zogenaamde trappenpiramide van Djoser te Saqqarah en van verschillende andere bouwwerken. Daarnaast werd hij door zijn volk geloofd als de “uitvinder van de geneeskunst” en wordt hij beschouwd als de praktiserende arts in zijn tijd en de auteur van het beroemde Smith papirus. Als zodanig wordt hij beschouwd als de eerste arts die bij naam bekend is in de geschreven geschiedenis van de wereld. Hij was een van de slechts twee stervelingen die ooit de status van waarzegger na de dood werd toegekend.