Communicatiefouten komen regelmatig voor. Uitspraken kunnen uit hun verband worden gerukt, wat er wordt gezegd kan verkeerd worden gehoord of lichaamstaal kan een onbedoelde boodschap overbrengen. Wist u dat iemand met zijn ogen kan communiceren zonder een woord te zeggen? Onze ogen tonen emoties, bouwen banden op en geven interesse aan. Er kunnen zelfs communicatiefouten worden gemaakt bij het gebruik van oogcontact.
Heb je nagedacht over oogcontact als vaardigheid? Als volwassene weet u al dat oogcontact maken moeilijk kan zijn, dus is het belangrijk om jongeren te helpen oogcontact te zien als een vaardigheid waar ze aan kunnen blijven werken. Aangezien oogcontact met zoveel levensvaardigheden verbonden kan zijn, is het belangrijk dat onze jongeren oogcontact als een communicatievaardigheid oefenen en leren kennen. Denk eens na over het gebruik van oogcontact om empathie te tonen, bezorgdheid voor anderen, om met gevoelens om te gaan of om te helpen bij communicatie. Dat zijn allemaal levensvaardigheden die jongeren zullen ontwikkelen als ze volwassen worden tot succesvolle volwassenen.
We weten al uit deel één en deel twee van deze artikelenserie dat oogcontact van vitaal belang is tijdens een gesprek, omdat het een manier van communiceren is die emotie of interesse toont. Op dezelfde manier, elke keer dat een jongere praat met een rechter, hardop de notulen van een vergadering voorleest of een demonstratie geeft, is die jongere aan het presenteren. Presentatievaardigheden, zoals oogcontact, kunnen lastig zijn. Omdat zulke vaardigheden lastig kunnen zijn, zullen we een aantal veelgemaakte fouten in oogcontactcommunicatie onderzoeken en hoe we die fouten kunnen herstellen.
De Conversation Aid website is een geweldig hulpmiddel dat vele facetten van communicatie verkent. Een van de grootste fouten bij oogcontact is staren. Ze suggereren de volgende tips om goed oogcontact te houden zonder te staren:
- Gebruik de 50/70-regel. Om goed oogcontact te houden zonder te staren, moet u 50% van de tijd oogcontact houden tijdens het spreken en 70% van de tijd tijdens het luisteren. Dit helpt om interesse en vertrouwen te tonen.
- Houd het 4-5 seconden vast. Als u eenmaal oogcontact hebt gemaakt, moet u dat 4-5 seconden vasthouden. Nadat deze tijd voorbij is, kunt u langzaam opzij kijken en dan weer oogcontact maken.
- Denk na over waar u naar kijkt. Oogcontact houden is makkelijk omdat je de ander aankijkt. Maar als je wegkijkt, doe dat dan langzaam zonder met je ogen te knipperen. Hierdoor kun je verlegen of nerveus overkomen. En kijk niet naar beneden; denk eraan om van links naar rechts te kijken. Naar beneden kijken kan de indruk wekken dat het u aan zelfvertrouwen ontbreekt.
- Maak meteen oogcontact. Maak oogcontact voordat u begint te praten. Kijk niet naar beneden of kijk naar iets voordat u begint te spreken. Maak meteen oogcontact en begin dan te praten.
- Luisteren met je ogen is ook belangrijk: Herinner je je de 70 procent regel (je moet 70 procent van de tijd oogcontact houden tijdens het luisteren)? Communicatie gebeurt met uw ogen terwijl u luistert, net zoveel als wanneer u praat. Onthoud dat terwijl u luistert en oogcontact houdt, u moet glimlachen, uw gezicht moet openen en geïnteresseerd moet kijken.
- Oefen. Oogcontact zal voor sommigen gemakkelijk zijn, maar als het dat voor u niet is, is het goed om te oefenen tot u zelfverzekerd bent. U kunt kijken naar een wenkbrauw of de ruimte tussen de ogen en de mond. Je kunt ook met jezelf oefenen in de spiegel.
Dit artikel is het derde en laatste in een serie artikelen die oogcontact in communicatie hebben onderzocht. Vergeet niet dat oogcontact een vaardigheid is en dat het vaak tijd en oefening vergt om onze vaardigheden te verfijnen.