In een openbare briefwisseling met de Zuid-Vietnamese president Ngo Dinh Diem kondigt president John F. Kennedy formeel aan dat de Verenigde Staten de hulp aan Zuid-Vietnam zullen opvoeren, waaronder ook de uitbreiding van de Amerikaanse troepeninzet. Kennedy, bezorgd over de recente vorderingen van de communistische opstandelingenbeweging in Zuid-Vietnam, schreef: “Wij zullen onmiddellijk onze hulp aan uw defensie-inspanning opvoeren.”
Kennedy’s belangrijkste militaire adviseur, generaal Maxwell D. Taylor, en speciaal assistent voor nationale veiligheidszaken Walt W. Rostow waren juist teruggekeerd van een studiereis naar Saigon en drongen er bij de president op aan de Amerikaanse economische en militaire adviessteun aan Diem op te voeren. De militaire steun zou intensieve training van lokale zelfverdedigingstroepen door Amerikaanse militaire adviseurs moeten omvatten. Bovendien pleitten Taylor en Rostow voor een aanzienlijke toename van vliegtuigen, helikopters en ondersteunend personeel. In een geheime bijlage bij hun rapport beveelden Taylor en Rostow de inzet aan van 8.000 Amerikaanse gevechtstroepen, die konden worden ingezet om de Zuid-Vietnamese strijdkrachten te ondersteunen bij gevechtsoperaties tegen de opstandelingen.
Om Diem’s weerstand tegen buitenlandse troepen te overwinnen – die hij zag als een potentiële meevaller voor de Viet Cong propaganda – stelden Taylor en Rostow voor dat de troepen een “flood control team” zouden worden genoemd. Kennedy, die de communisten een halt wilde toeroepen maar ook voorzichtig wilde zijn over de mate van betrokkenheid, aanvaardde de meeste aanbevelingen, maar zette geen Amerikaanse gevechtstroepen in.
In ruil voor de steun verzocht Kennedy Diem zijn regime te liberaliseren en landhervormingen en andere maatregelen in te stellen om de steun van zijn volk te winnen. Diem weigerde aanvankelijk, maar stemde toe toen hij werd bedreigd met een vermindering van de beloofde hulp. Op lange termijn gingen zijn hervormingen echter niet ver genoeg en de verhoogde Amerikaanse hulp bleek onvoldoende om het tij van de opstand te keren. Diem werd in november 1963 tijdens een staatsgreep door zijn eigen generaals vermoord. Kort daarna werd Kennedy vermoord. Op het ogenblik van zijn dood waren er meer dan 16.000 VS-adviseurs in Zuid-Vietnam. Kennedy’s opvolger, Lyndon B. Johnson, liet de oorlog snel escaleren, wat resulteerde in de inzet van Amerikaanse grondtroepen en uiteindelijk meer dan 500.000 Amerikaanse troepen in Vietnam.