Na het wassen voor het gebed door het verrichten van de rituele wassing, moet een gelovige zijn innerlijke intentie vernieuwen, en zo zijn gebed zuiveren omwille van Allah (Arabisch: الله Allah, uitgesproken ).

De raka’ah begint wanneer de aanbidder het gebed inleidt met de woorden “Allah is de Grootste”, dit staat in het Arabisch bekend als de Takbeer (Letterlijk: De Verheerlijking van God). Het individu zal de staande positie innemen terwijl het openingshoofdstuk van de Koran (Al-Faatiha) wordt gereciteerd, gevolgd door een persoonlijke selectie van gekozen verzen die de aanbidder vrij is om voor zichzelf te reciteren.

Het tweede deel van de raka’ah houdt in dat de aanbidder buigt tot een hoek van 90 graden, de handen op de knieën plaatst en de voeten op schouderbreedte uit elkaar houdt, buigend in nederige onderdanigheid alsof hij wacht op Gods bevel.

Tijdens deze houding worden de woorden “Glorie zij Allah, de Verhevene” in stilte uitgesproken als een vorm van rituele lofprijzing.

De derde beweging van de raka’ah is het terugkeren van de buiging naar de staande positie alvorens, met de lofprijzing van Allah op je tong, af te dalen in volledige prostratie op de grond.

In onderdanigheid moeten uw voorhoofd en neus plat op de grond worden geplaatst met de palm van uw handen op schouderbreedte uit elkaar, rechts en links van uw oren. Uw ellebogen, onderarmen en borst moeten van de vloer worden opgeheven in een waakzame positie in totale maar bewuste onderwerping aan Allah.

Tijdens deze houding worden de woorden, “Glorie zij Allah de Almachtige” met overpeinzing herhaald als een vorm van rituele lofprijzing. De Islamitische profeet Mohammed leerde zijn discipelen dat ‘het dichtste dat een onderdaan bij zijn Heer komt, is wanneer hij zich neerbuigt’, als zodanig leerde hij ons om ons hart te openen in smeekbede op zoek naar leiding, levensonderhoud, vergeving voor onze zonden, een remedie voor onze kwalen, verlichting van onze moeilijkheden, zijn barmhartigheid en mededogen aanroepend in de naam van de Almachtige Allah alleen.

De vierde beweging is om terug te keren van de neerbuiging in een zittende positie met je benen plat onder je lichaam gevouwen. In deze positie roep je Allah aan voor vergeving van je zonden en de zonden van je ouders en de gelovigen in het algemeen, voordat je afdaalt in een tweede prostratie.

Dit is het einde van een eenheid van het gebed dat in het Arabisch bekend staat als een raka’ah en wordt gevolgd door ofwel opstaan voor een tweede raka’ah als het gebed dit vereist of door over te gaan tot het beëindigen van de salaa met tasleem.

Hoewel het geen deel uitmaakt van een enkele raka’ah, vindt de afsluiting van het gebed plaats in zittende positie, de aanbidder draait het hoofd naar rechts en zegt: “Vrede zij met u, en Allah’s barmhartigheid en zegen zij met u”, alvorens vervolgens het hoofd naar links te draaien en de groet te herhalen. Deze handeling helpt de moslims te herinneren aan de aanwezigheid van de regerende engelen rechts en links van hem die onze daden registreren.

OnderdelenEdit

  • Takbir
  • Standhouding in de salah
  • Supplicaties / iftitah
  • Herhaling van Soera Al-Fatiha
  • Herhaling van een andere soera
  • Roekoe (buigen)
  • Oprichten vanuit roekoe
  • Soejud (neerbuiging)
  • Opstaan uit sujud
  • De tweede sujud
  • Zitten in gebed
  • Salam (groet)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *