Als je je kind direct laat overstappen op een tuitbeker, is het een goed idee om je kind ongeveer een maand voor het begin van het stopproces kennis te laten maken met de beker, zodat het de tijd heeft om zich vertrouwd te voelen met het vasthouden van de beker en het drinken eruit. Kies een plastic morsbestendige beker met een tuit, die het meest lijkt op een tepel. Het kan wat vallen en opstaan zijn om de juiste beker voor je kind te vinden. Sommige kinderen hebben verschillende stijlen nodig voordat ze er een vinden waar ze dol op zijn (sommige kinderen vinden handvatten prettig, terwijl anderen er niet tegen kunnen, bijvoorbeeld). In het begin moet je alleen water in de tuitbeker aanbieden tijdens de maaltijden met vast voedsel. Naarmate je kind zich meer op zijn gemak voelt, kun je de beker vullen met moedermelk of flesvoeding, zodat ze gewend raakt aan het idee dat al haar drankjes uit een beker kunnen komen. (Zorg er wel voor dat de beker niet 24/7 beschikbaar is, anders kan je kind er de hele dag uit grazen en haar normale eetschema verstoren). De eerste paar keer dat je baby uit de beker drinkt, kan het een beetje rommelig zijn (verwacht veel kwijlen en druppelen). Houd de beker tegen haar mond en laat er een paar druppels uit druppelen. Dwing haar niet om meer te nemen dan ze wil, want je wilt er geen machtsstrijd van maken. Als ze de beker probeert te pakken om zelf te drinken, laat haar dan gerust. Als uw baby zich vertrouwd voelt met de tuitbeker (ongeveer een maand), kunt u beginnen met het spenen.