Inleiding1

Zonder het traditionele gebruik van het woord ‘aanbidding’ onder christenen, zouden er zwaarwegende argumenten kunnen worden aangevoerd tegen het verdere gebruik ervan. Ten eerste verschilt de denotatieve betekenis van ‘aanbidding’ van de verwante Griekse en Hebreeuwse termen. Anderzijds verschilt de connotatieve betekenis van “eredienst” in de christelijke gemeenschap wezenlijk van de bijbelse leer over dit onderwerp. Aangezien de evangelische christelijke gemeenschap zich inzet voor het gebruik van de term aanbidding, moet deze zeker zorgvuldig onderzocht worden, zodat we bedoelen wat God bedoelt als we hem gebruiken.

‘Aanbidding’ is een inadequate vertaling van de Griekse en Hebreeuwse termen

Ons woord aanbidding is afgeleid van het Oud-Engelse weordhscipe dat waardigheid of verdienste betekent en dus God de erkenning geeft die Hij verdient. Er zijn echter wat problemen met deze Engelse vertaling, omdat de Griekse & Hebreeuwse termen niet precies hetzelfde betekenen.

‘aboda (Hebreeuws; ook – abad of asab) en latreia (Grieks; ook – latreuo) worden vaak vertaald als aanbidding. Hoewel, dit zijn niet de enige woorden die vertaald worden met aanbidding en zelfs deze woorden worden niet altijd vertaald, ‘aanbidding’2. Wanneer deze woorden in het OT met aanbidding worden vertaald, bedoelen zij meestal dienst in verband met het werk dat in de tempel werd verricht. In het NT verwijst de verwante Griekse term latreia ofwel terug naar de OT tempelcultus3 , ofwel naar het valse geloof dat het doden van discipelen zou worden beschouwd als dienst aan God4 , ofwel als een OT toespeling dat christenen hun eigen lichaam (d.w.z.

Daarom verzoek ik u, broeders, door de barmhartigheden Gods, uw lichamen te stellen tot een levend en heilig offer, Gode welgevallig, hetwelk is uw geestelijke eredienst.5 (Rom 12:1)

Paul gebruikt het verwante Griekse woord leitourgia (d.w.z. vertaald dienst) om te verwijzen naar een geldelijke gift die werd ingezameld voor de christenen in Jeruzalem6 en voor de hulp die hij van anderen ontving7 en de term leitourgos (d.w.z. vertaald dient of dienaar) om te verwijzen naar een geldelijke gift voor de christenen in Jeruzalem.e. vertaald dient of dienaar) wordt gebruikt voor Christus8, engelen9, heersers10, Epaphroditus’ overhandiging van de Filippijnse gift11, en voor de bediening aan de heidenen12. De term latreia en zijn verwante woorden worden dus direct geassocieerd met zowel dienst & offer wanneer gericht op God. Het zou misschien beter zijn geweest als de vertalers de woorden ‘dienen’, ‘service’ en ‘minister’ hadden gekozen in plaats van aanbidding.

Er zijn nog andere termen vertaald als aanbidding, waaronder het Griekse woord proskyneo13 en het Hebreeuwse equivalent shachac.14 Deze beide termen verwijzen naar een houding van onderwerping en dus een erkenning van Gods soevereiniteit. Obeisance vereist een houding van eerbiedige vrees. Dit blijkt duidelijk uit de gedragingen van het buigen van de knie (d.w.z. gonu of gonupeteo) en het neerbuigen (histahawa of shachac {Heb.} of proskyneo {Gk. naar voren kussen}) die met aanbidding worden geassocieerd. Er moet echter opgemerkt worden dat deze houdingen ook met andere dingen geassocieerd worden (d.w.z. men kan deze houding hebben in verzoekingen aan God, goden of mensen).

De termen die houdingen van dienstbaarheid, onderdanigheid & eerbied (d.w.z. die vertaald worden met ‘aanbidding’) communiceren, geven niet aan hoe zulke houdingen getoond moeten worden. We moeten vertrouwen op de context om aan te geven hoe God van ons verwacht dat we Hem aanbidden. Als we het gedrag van aanbidders onderzoeken, wat zien we dan? Aanbidding kan persoonlijk of gezamenlijk zijn. Het vond plaats in en buiten de tempel, maar het is niet Gods bedoeling dat aanbidding verbonden is met plaats, maar met de houding van het hart (Joh.4:20 e.v. geest & waarheid). Het vereist eenheid tussen gelovigen (Mt.5,23 e.v.; Luc.10,25 e.v.). Een belangrijke term die in verband wordt gebracht met aanbidding is homologia.15 Aanbidders besteden vaak een deel van of al hun tijd aan het belijden van geloof, het prijzen van God, het danken van God en het verkondigen van waarheden over God.

Een andere term die vaak in verband wordt gebracht met aanbidding is thusia, wat offer betekent. De reden waarom deze term met aanbidding in verband moet worden gebracht is dat dergelijke verwijzingen zinspelingen zijn op de dankoffers in het OT, die een belangrijk dagelijks ritueel van de tempelverering vormden.16 Interessant is dat in de gevallen waarin deze term in de brieven wordt gebruikt, het meestal gaat om zelfopoffering ten dienste van anderen.17

…en wandelt in liefde, zoals ook Christus u heeft liefgehad en zich voor ons heeft overgegeven, een offerande en een offerande voor God als een welriekende geur. Ef 5:2

Maar ook al word ik uitgestort als een drankoffer op het offer en de dienst18 van uw geloof, ik verheug mij en deel mijn vreugde met u allen. Fil 2:17

‘Aanbidding’ wordt door de meeste gelovigen verondersteld gepaard te gaan met zingen en God loven

In Putting an End to Worship Wars, stelt Elmer Towns de vragen: Wat doe je in aanbidding? Hoe aanbidt u? Wat motiveert je om te aanbidden? en Wat zijn de resultaten van aanbidding? Uit de antwoorden identificeerde hij zes aanbiddingsstijlen in Amerika: Evangelisatie – het winnen van de verlorenen; Expositional – het onderwijzen van het woord; Vernieuwing – opwinding, opwekking, ‘God aanraken’; Body-life – gemeenschap, relaties en kleine groepen; Liturgisch – dienen & God verheerlijken door middel van liturgie en Congregational – aanbidding uitgedrukt door de leken.

Van deze benaderingen zijn de vernieuwende, liturgische, congregationele benaderingen waarschijnlijk wat de meeste christenen als aanbidding opvatten – tijden van persoonlijke en gezamenlijke zang en lofprijzing. Maar zoals we gezien hebben, zijn de bijbelse principes en geboden met betrekking tot aanbidding veel breder en meer geïntegreerd in het christelijk leven. Aanbidding is het antwoord van dankbare en nederige mensen op de levende God, waarin onderwerping, offerdienst, lofprijzing, belijdenis, getuigenis en dankbaarheid op ontelbare manieren vrijelijk tot uitdrukking worden gebracht. Dit is een veel rijker concept dan alleen maar eens per week gedurende 20 minuten gezamenlijk zingen en loven – een gebeurtenis die zou kunnen plaatsvinden zonder dat er daadwerkelijk aanbidding plaatsvindt.

Conclusie

Zolang we cultureel gebonden zijn aan het ongelukkige Engelse woord, ‘worship,’ moeten we ons begrip bijbels houden in plaats van verankerd in kerkelijke tradities. Een aanbidder moet een nederig persoon zijn die bereid is:

  • Hun doelen ondergeschikt te maken aan Gods doelen door voorrang te geven aan dienstbaarheid aan het Koninkrijk van God;
  • Dankbaarheid en lofprijzing jegens God te uiten en
  • Anderen te vertellen over God, zijn waarheden en de liefde die zij als zijn kind hebben genoten.

Return to Top

Endnotes

1. Deze synopsis is voor een groot deel ontleend aan het artikel over aanbidding door G. W. Bromiley in de Zondervan Pictorial Encyclopedia of the Bible, Volume 5.

2. de arbeid van een slaaf of huurknecht wordt in verband gebracht met deze termen

3. Rom. 9:4; Hebr. 9:1, 6

4. Joh.16:2

5. logiken latreian umon

6. 2 Cor. 9:12

7. Phil. 2:30 (vgl. Rom.15:27)

8. Heb. 8:2

9. Heb. 1:7; leitourgikos in 1:14

10. Rom. 13:1

11. Phil. 2:25

12. Rom. 15:16; Phil. 2:17

13. Het is het woord dat gevonden wordt in Johannes 4:20 e.v.; de betekenis van dit woord is niet geheel duidelijk, maar men denkt dat het verwant is met het woord ‘kussen’ of ‘naar voren kussen’ en verband houdt met de Griekse gewoonte om de grond te kussen uit eerbied voor aardse godheden. Aldus wordt de term gebruikt om aan te geven dat men zich neerbuigt of gehoorzaamt. Deze term wordt buiten de evangeliën nooit gebruikt & Handelingen behalve één keer in verband met een ongelovige (1Cor.12:45). In de evangeliën wordt herhaaldelijk gehoorzaamheid aan Christus betoond.

14. Dit woord betekent ‘buigen’ b.v. Genesis 22:5

15. (en homologein) – ‘hetzelfde zeggen’; ‘het eens zijn met’; voor de Hebreeuwse geest betekent het: het eens zijn met God over onszelf en over Hem. Zo wordt het typisch uit het Hebreeuws vertaald om belijdenis van zonden en de daaropvolgende lofprijzing van God te betekenen (vgl. 1Ki. 8:33,35; Neh. 9:3-37). Hier draagt de lofprijzing de smaak van een proclamatie (Ps. 118:17 e.v.) en/of van een gebed. Sommige passages (Rom. 10:9 e.v.; Hand. 23:8; 1 Tim. 6:13; Hebr. 11:13) gebruiken termen die hiermee verband houden om aan te geven, niet louter een constatering van een feit, maar een geloofsbelijdenis. Het omvat overeenstemming met God over artikelen van waarheid.

16. Zie Exodus 29:39-41 voor een voorbeeld van een dankoffer

17. Zie naast de twee verzen hieronder Rom. 12:1,7.

18. thusia en leitourgia van uw geloof; om consequent te zijn moet dit vertaald worden met: ‘het offer en de aanbidding van uw geloof’.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *