Wat is de niet-gebonden beweging?

De Beweging van Niet-Gebonden Beweging (NAM), opgericht op het hoogtepunt van de Koude Oorlog, is een groepering van ontwikkelingslanden die zich niet willen aansluiten bij een grote supermacht.
De beweging vindt haar oorsprong in een conferentie in 1955 in Indonesië, waar vertegenwoordigers van 29 Aziatische en Afrikaanse landen, waaronder veel pas onafhankelijk geworden staten die jarenlang gekoloniseerd waren geweest, gemeenschappelijke problemen bespraken.
President Josip Broz Tito van Joegoslavië, premier Jawaharlal Nehru van India, president Gamal Abdel Nasser van Egypte, president Achmad Soekarno van Indonesië en president Kwame Nkrumah van Ghana worden beschouwd als de grondleggers van de beweging.
De eerste top van staatshoofden van de NAM werd in 1961 gehouden in de Joegoslavische hoofdstad Belgrado, op initiatief van Tito. Vijfentwintig landen woonden de top bij, die zich concentreerde op de wapenwedloop tussen de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie en de escalerende oorlogsdreiging.
De NAM telt momenteel 120 leden, waarvan Venezuela, Iran, Zuid-Afrika, India en Saoedi-Arabië tot de invloedrijkste behoren. China, Rusland en Brazilië behoren tot de prominente landen met de status van waarnemer.
De beweging heeft geen permanent secretariaat. Een top van NAM staatshoofden vindt gewoonlijk om de drie jaar plaats.
Egypte bekleedt momenteel het roulerend voorzitterschap van de NAM, dat Iran op zich zal nemen tijdens de top van 26-31 augustus in Teheran.
De groep zegt sinds haar oprichting een strijd te hebben gevoerd om ervoor te zorgen dat mensen die worden onderdrukt “door buitenlandse bezetting en overheersing”, hun recht op zelfbeschikking kunnen uitoefenen.
De NAM zegt zich te hebben gecommitteerd aan de beginselen van niet-gebruik van geweld en respect voor de soevereiniteit, territoriale integriteit, politieke onafhankelijkheid en veiligheid van alle lidstaten van de Verenigde Naties.
In de afgelopen jaren hebben de NAM-landen hun aandacht gericht op een reeks vraagstukken, waaronder ontwikkeling, globalisering, voedselzekerheid en nucleaire vraagstukken.
Alle besluiten in de beweging worden bij consensus genomen. Het bereiken van consensus in een diverse groep landen met soms zwakke banden en verschillende belangen kan een uitdaging zijn.
De relevantie van de beweging is in twijfel getrokken sinds de val van de Berlijnse Muur en het uiteenvallen van de Sovjet-Unie. Sommigen hebben gesuggereerd dat de beweging, om zo’n 50 jaar na haar oprichting relevant te blijven, meer zichtbaarheid en innovatie moet tonen bij het oplossen van mondiale problemen.
— Golnaz Esfandiari

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *