Peer-to-peer bestandsdeling is anders dan het traditionele downloaden van bestanden. Bij peer-to-peer sharing gebruik je een softwareprogramma (in plaats van je webbrowser) om computers te vinden die het bestand hebben dat je wilt. Omdat dit gewone computers zijn zoals de uwe, in tegenstelling tot servers, worden ze peers genoemd. Het proces werkt als volgt:
- U start peer-to-peer file-sharing software (bijvoorbeeld een Gnutella-programma) op uw computer en stuurt een verzoek om het bestand dat u wilt downloaden.
- Om het bestand te vinden, vraagt de software andere computers die met het internet zijn verbonden en waarop de file-sharing software draait.
- Als de software een computer vindt die het gewenste bestand op zijn harde schijf heeft staan, begint het downloaden.
- Anderen die de filesharing-software gebruiken, kunnen de gewenste bestanden van de harde schijf van uw computer halen.
De belasting van de file-transfer wordt verdeeld over de computers die bestanden uitwisselen, maar het zoeken naar bestanden en de overdracht van uw computer naar anderen kan knelpunten veroorzaken. Sommige mensen downloaden bestanden en verbreken onmiddellijk de verbinding zonder anderen toe te staan bestanden van hun systeem te halen, wat “leeching” wordt genoemd. Dit beperkt het aantal computers dat de software kan doorzoeken naar het opgevraagde bestand.
Advertentie
Voor meer informatie over het delen van bestanden en het peer-to-peer downloaden, zie Hoe Gnutella werkt en Hoe Kazaa werkt.